Beetje bij beetje slaan fabrikanten gaten in de door Brussel vastgestelde verbodskalender om auto’s met verbrandingsmotor uit de markt te halen.
De slechte resultaten van de Europese auto-industrie lijken de gebeurtenissen in Brussel te versnellen, waar voor het eerst in jaren gehoor is gegeven aan het verzoek van fabrikanten en lidstaten om het tijdschema voor de elektrificatie van auto’s te handhaven of op zijn minst uit te stellen.
Zes maanden geleden is Brussel begonnen met een reeks bijeenkomsten met fabrikanten en lidstaten van de Europese Unie, waarin problemen als de lage verkoop van elektrische auto’s en de onmogelijkheid om te voldoen aan de door de Europese Unie gestelde CO2-emissiedoelstellingen aan de orde worden gesteld.
Europa luistert naar de fabrikanten

Het gaat om problemen die, als ze niet worden opgelost, kunnen leiden tot een ongekende crisis in de Europese auto-industrie, die al rekening houdt met 100.000 ontslagen in de komende twee jaar, terwijl de fabrieken nu al te maken hebben met productiestilstanden door het gebrek aan vraag naar de auto’s die ze produceren.
In wezen vraagt de auto-industrie niet om een terugdraaiing van de invoering van de elektrische auto, maar om een uitstel van de belangrijkste data, waaronder het door de Europese Commissie vastgestelde verbod op de verkoop van auto’s met een verbrandingsmotor in 2035.
Verboden te verbieden
In dit geval lijkt Brussel er meer voorstander van te zijn om deze mijlpalen niet uit te stellen, maar om uitzonderingen te maken, waardoor bepaalde auto’s in bedrijf kunnen blijven, ongeacht het type motor dat ze hebben.
Emissievrije brandstoffen zullen een belangrijke rol spelen
Deze uitzonderingen zouden ook gelden voor auto’s die een aanzienlijke vermindering van de uitstoot laten zien dankzij het gebruik van hernieuwbare of synthetische brandstoffen, aangezien de rol en de haalbaarheid van beide nog niet helemaal duidelijk is.

Het lijkt erop dat Brussel 10 december heeft gekozen als datum om een eerste pakket maatregelen ter ondersteuning van de auto-industrie bekend te maken, waardoor lichte bedrijfsvoertuigen, d.w.z. bestelwagens, na 2035 mogen blijven rijden, ongeacht het type motor.
Bestelwagens zijn een strategisch belangrijk product voor de Europese industrie, aangezien een groot deel van de winstgevendheid van Stellantis, Renault of Ford ervan afhankelijk is. Het is een sector waarin Chinese fabrikanten voorlopig nog niet erg geïnteresseerd zijn vanwege de lagere winstgevendheid en omdat het geen imago voor het merk oplevert, iets waar Chinese merken juist hard aan toe zijn.